Het opvoedingsideaal van Mohamed Iqbal

How strange! The bliss of self
Having bestowed on me
God mighty will that I
Beside myself should be.

I neither like nor claim
Plato’s thought or Croesus’ gold:
Clean conscience, lofty gaze
And zeal is all I hold.

By Holy Prophet’s Ascent
This truth to me was taught,
Within the reach of man
High heavens can be brought.

The Life perhaps is still
Raw and incomplete:
Be and it becomes
E’er doth a voice repeat.

 

Er is veel sociaal-wetenschappelijk onderzoek naar de opvoedingspraktijken van moslimouders in de migratie. Heel wat minder interesse is er voor de islamitische filosofie van opvoeding. Bovendien wordt ofwel heel veralgemenend gesproken over dé islamitische denkbeelden, alsof er geen denkers met verschillende visies zijn, alsof er geen onderlinge discussies zijn. In het beste geval meent men dat deze ooit wel bestaan hebben, in een ver verleden, de tijd van Al Ghazali, meer dan 1000 jaar geleden.
Het landschap – of beter de landschappen – van hedendaagse en traditionele islamitische pedagogische denkers en discussies, is een nog grotendeels onontgonnen gebied: onbekend en onbemind. Bij gebrek aan inzicht overheersen (voor)oordelen: in Islam is geen ruimte voor opvoeden in vrijheid tot kritisch denken, is geen ruimte voor het vormen van de vrije wil, in tegenstelling tot de westerse ‘liberal education’ overheersen ideeën van onderwerping aan gezag en voorbestemming.

In plaats van een ‘welles-nietes spel’ op te voeren over de islamitische pedagogiek, is het zinvoller en respectvoller om te luisteren naar wat concrete denkers zeggen over opvoeding vanuit een islamitisch perspectief, waarin ze met elkaar overeenstemmen en waarin ze van mening verschillen en waarover ze met elkaar in discussie gaan, welke tradities ze omarmen en waar ze kritisch, creatief en innovatief zijn in de ontwikkeling van een pedagogiek voor de actuele uitdagingen.

Een van de grote inspiratoren van een moderne kritische islamitische pedagogiek is de dichter-denker Mohamed Iqbal (1877-1938). Deze uit de Punjab afkomstige intellectueel – zowel geridderd door de Engelse kolonisator als in Pakistan gevierd als geestelijke vader van de islamitische staat, zowel groot bewonderaar van Rumi als de scherpste criticus van de Sufi’s, zowel voortdurend in leergesprek met de Koran als in discussie met westerse filosofen als Nietzsche en Bergson, vergeleken met zowel Luther als Goethe, bewonderd door zowel dichters als Hesse, als door revolutionaire activisten als Shari’ati – is hét stichtend voorbeeld van hoe een modern islamitisch pedagogisch denken op grond van de traditie denkbaar is.

Het beeld van de mens in de Koran is dat van de mens die ingaat op de vraag van God om mee te werken aan Zijn schepping. De mens heeft voor dit engagement alles meegekregen en heeft de opdracht hiermee zijn/haar roeping waar te maken. De mens is de rentmeester van God die naar het model van de Gezondene, het goddelijke in de wereld en zichzelf te verwerkelijken. Geroepen tot medewerker van God, zal God hem/haar ondersteunen, als hij/zij zelf tot actie overgaat met datgene wat reeds aan mens en wereld is meegegeven in en door de schepping en de openbaring.

Individualiteit, creativiteit, vrije wil en kritisch denken, belangeloze liefde en samenwerking, zijn de (voor)waarden voor het gelovig engagement en derhalve de opgaven voor een gelovige opvoeding. Deze opvoeding vanuit ‘eigen kracht’ erkent het kind als handelend, ervarend, denkend wezen en is gericht op het tot bloei brengen van zowel de krachten in het individu als in de gemeenschap.

Niet zelf denken, slaafs nadoen, niet innovatief en creatief handelen hier en nu, zijn uitingen van ongeloof en vrees. Integendeel.

 

Prof. Hans van Crombrugge

 

Klik hier om terug te keren naar Deugdzame Stad